Psalm 132
1. HEER, denk er toch voortdurend aan
hoe David zwoegde, hoe hij leed
om zich te houden aan de eed
die hij U plechtig had gedaan.
Vergeet niet wat hij voor U deed.
2. Hij nam zich vastberaden voor:
‘Ik keer niet naar mijn woning weer,
ik leg me op mijn bed niet neer,
ik zoek bezield aan één stuk door,
tot ik een plek vind voor de HEER.
3. De ark werd eindelijk ontdekt.
Zij stond in Jaär voor ons klaar.
Wij haastten ons en haalden haar.
Ga met ons mee en toon respect;
kniel in Gods huis, aanbid Hem daar.
4. Trek op, HEER, om naar huis te gaan.
Uw priesters zijn met recht bekleed.
Uw volk staat jubelend gereed.’
Zie uw gezalfde koning aan
om wat uw dienaar David deed.
5. Tot David kwam het woord van God:
‘Jouw kind ontvangt de koningskroon,
daarna zijn zoon en dan diens zoon.
Leeft elk van hen naar mijn gebod,
dan houdt je koningshuis de troon.’
6. Gods liefde gaat naar Sion uit.
Hij koos als koning soeverein
die plaats uit om daar thuis te zijn.
De stad is, volgens zijn besluit,
zijn rustplaats in zijn rijksdomein.
7. ‘Mijn zegen daalt op Sion neer.
Ik maak de stad van honger vrij;
de armen krijgen brood van Mij.
Ik kleed de priesters met mijn eer
en mijn getrouwen juichen blij.
8. Groot aanzien geef Ik Davids rijk.
Ik heb zijn zoon de macht beloofd;
zijn lamp wordt nooit meer uitgedoofd.
Ik zet zijn vijanden te kijk:
een kroon siert zijn gezalfde hoofd.’
Gebruik in diensten
Wij willen u aanmoedigen De Nieuwe Psalmberijming binnen uw kerkelijke gemeenschap te gebruiken. U dient wel een CCLi Licentie te hebben afgesloten.
Liednummer rapportage CCLi 7133412